Meting CO2 waarden, luchtvochtigheid en CO2 waarden.
Indien geen vochtoorzaak blijkt uit onderzoek biedt datalogging uitkomst. Op locatie wordt een datalogger geplaatst waarmee over een langere periode de CO2 waarden, luchtvochtigheid en temperatuur worden gemeten.
De waarden worden 12 maal per uur gemeten en geregistreerd. Op basis van de metingen ontstaat inzicht in de situatie op locatie over een langere periode. De waarden geven een goede indicatie van de mate waarin de ruimte wordt verwarmd en geventileerd en van de luchtvochtigheid in de ruimte.
Onze dataloggers zijn uitgevoerd met een data modem waardoor de gegevens op afstand kunnen worden uitgelezen. Zo hebben we real time overzicht en controle over onze dataloggers.
Van de metingen worden helderere rapportages opgesteld met een samenvatting van de meetwaarden en grafieken per gemeten periode en natuurlijk heldere adviezen.
Bij temperaturen tussen 20 en 27˚C en een relatieve vochtigheid tussen 30 en 40% voelt 80% van de mensen zich behaaglijk (ASHRAE, 1992), wanneer zij licht werk doen, voornamelijk zittend. Bij ouderen kan bij langdurige blootstelling aan temperaturen boven de 25˚C de gezondheid nadelig worden beïnvloed: het kan leiden tot vermoeidheid, concentratieproblemen en benauwdheid.
Kooldioxide (CO2)
Toetswaarden Kooldioxide (CO2) worden als marker gebruikt voor de luchtkwaliteit ten gevolge van door de mens geproduceerde verontreinigingen.
Overeenkomstig een advies van de gezondheidsraad uit 1984 wordt in Nederland een CO2 concentratie van 1.200 PPM beschouwd als bovengrens. Deze grenswaarde is vervolgens gehanteerd als grondslag voor de ventilatie eisen in het Bouwbesluit. Hogere concentraties duiden op onvoldoende luchtverversing.
In het advies uit 2010 wordt aangegeven dat CO2 slechts beperkt bruikbaar is als maat voor de binnen luchtkwaliteit, maar wel een goede indicator voor luchtverversing is.
In de praktijk wordt meestal gebruikgemaakt van de CO2-concentratie om na te gaan of de ventilatie voldoende is. CO2 doet daarbij dus dienst als marker. Er wordt aangenomen dat daarmee ook de concentraties van andere stoffen binnenshuis niet oplopen. Bij een CO2-concentratie tussen de 800 en 1.200 PPM wordt het binnenmilieu door de aanwezigen meestal niet als ‘muf’ ervaren. Bij hogere concentraties kunnen klachten optreden van stank, benauwdheid, concentratiestoornissen, moeheid etc. De concentratie van 1.200 PPM wordt wel eens overschreden in ruim de helft van de Nederlandse woonkamers en in mindere mate de slaapkamers.